• Landgoed Mookerheide
  • Natuur

Zeldzame ‘Zorro-vogel’ gespot op het Bremveld

Natuurbeheerder Rob kon zijn oren en ogen niet geloven toen hij onlangs de roep van de grauwe klauwier hoorde en de vogel op het Bremveld spotte. Collega natuurbeheerder Bart, tevens vogelaar, haastte zich vanuit huis naar de natuurbegraafplaats om de bijzondere vogel te zien en te fotograferen. Al snel had hij de klauwier voor de lens. Het mannetje is dan ook een opvallende verschijning door de zwarte oogstreep, die eruit ziet als een ‘Zorro-masker’.

Bedreigde vogelsoort

Tot het midden van de vorige eeuw was de grauwe klauwier een typische en verspreide broedvogel. Daarna zette een enorme daling in. Deze afname had grotendeels te maken met de aftakeling van het agrarisch buitengebied. Vooral het verdwijnen van talloze heggen en struwelen en de forse afname van veel grote insecten had een slechte uitwerking op de soort. De grauwe klauwier staat op de Rode Lijst van Nederlandse broedvogels als bedreigd. Tegenwoordig lijkt de soort zich te herstellen, maar hij is nog steeds kwetsbaar.

Biodiversiteit vergroten

De grauwe klauwier houdt van kleinschalige en gevarieerde landschappen. Het is vooral belangrijk dat er genoeg eten te vinden is. Hij eet veel grote insecten, zoals kevers, libellen en sprinkhanen. Daarnaast staan kleine zoogdieren en reptielen op zijn menu. Hij kiest voor ruig, halfopen gebieden met struwelen en jonge bomen. Natuurbeheerder Bart: “een vereiste voor het biotoop van de grauwe klauwier is dat hij voldoende voedsel kan vinden. Dat betekent dat natuurbeheer vooral op diversiteit moet zijn gericht. De aanwezigheid van de grauwe klauwier laat zien dat het goed gaat met het aantal insecten en kleine dieren op het Bremveld. Het is mooi om te zien dat het beheer van de afgelopen jaren zijn vruchten afwerpt.” De klauwieren die in het gebied zijn waargenomen, waren mannetjes. “Hopelijk komt er een vrouwtje bij en gaat hier een paartje broeden. Dat zou geweldig zijn,” aldus Bart.

Prooien aan takjes

De grauwe klauwier is een trekvogel. Aan het eind van de zomer vertrekken ze om te overwinteren in zuidelijk Afrika. In mei keren ze weer terug naar Nederland. De naam ‘klauwier’ slaat op de gewoonte van de vogels om prooidieren op te hangen aan doornen van bramen of andere stekelige struiken. Natuurbeheerder Rob legt uit: “Ze jagen net als roofvogels. Bij het jagen gaat een klauwier op een hoge tak zitten om een prooi te spotten. Ziet hij er een, dan gaat hij er achteraan. Daarna spietst hij zijn prooien op stekelige takjes of andere uitstekels. Zo legt hij een voedselvoorraad aan.”