• Huis ter Heide
  • Natuur

In het zonnetje: het herstel van de bodem

Als we in de natuur begraven, heeft dat invloed op de bodem. Hoewel je dan misschien al snel denkt aan de negatieve gevolgen, heeft deze ‘verstoring’ ook voordelen. Natuurbeheerder Jeanette legt uit hoe we hiermee om gaan.

Natuurbeheerder Jeanette: “De grond is soms arm en verzuurd. Door het begraven brengen we juist het mineraalrijke zand dat vaak dieper in de bodem zit naar boven. Die mineraalrijke bodem is gunstig voor alles wat er groeit. Diverse soorten kruiden, grassen en planten zoals het zandblauwtje, hondsviooltje en valse salie die hier thuishoren, hebben zo betere omstandigheden om te groeien en bloeien.

Om goed en spoedig herstel van de bodem te stimuleren, halen we bij het graven van een natuurgraf de toplaag eraf en leggen we deze apart. De toplaag is de bovenste laag van de bodem waar veel organische stof en het meeste bodemleven in zit. Deze laag varieert van enkele centimeters tot zo’n 30 centimeter dik. Door deze laag na het begraven als laatste terug te plaatsen, zorgen we dat de natuur sneller herstelt.

Hoewel we zorgvuldig te werk gaan, zijn er andere factoren die ervoor zorgen dat de bodem wel of niet snel herstelt. Soms was de plek al weinig begroeid, waardoor het langer zanderig blijft. Soms zorgt het seizoen of de weersomstandigheden ervoor dat het natuurgraf langer dan normaal minder of onbegroeid blijft. Een plek zal bijvoorbeeld in de winter niet snel begroeien. Wanneer het lang droog blijft kan de groei ook vertraagd worden. In zo’n geval wachten we geduldig tot het weer gaat regenen.

Ook wat er door nabestaanden op een plek wordt neergelegd, heeft invloed op het herstel van de bodem. Veel bloemen plaatsen of het neerleggen van takken en dennenappels kunnen het herstel van de natuur vertragen. Daarom vragen wij om enkel losse (snij)bloemen neer te leggen. Hierdoor krijgt de bodem de kans om zo snel en goed mogelijk te herstellen. Door op deze manier om te gaan met de bodem op de natuurbegraafplaats, kan iedereen blijvend genieten van de mooie natuur.”